Vrijdag 1 mei is ds. B. van der Heiden, emerituspredikant te Alblasserdam, overleden op de leeftijd van 74 jaar. Het kind is thuis gekomen. In een afscheidsbrief, eerder dit jaar, heeft hij geschreven dat knechten niet erven maar alleen kinderen zijn en erfgenamen. Hij heeft in de laatste maanden mogen ervaren dat zijn werk als dienstknecht hem afgenomen werd en dat hij een kind en erfgenaam mocht zijn. Nu is het kind thuis gekomen en mag eeuwig erven.
Ds. B. van der Heiden werd geboren op 12 juni 1945. In 1979 werd hij toegelaten tot de opleiding aan de Theologische School te Rotterdam. Hij was op dat moment directeur van het schippersinternaat te Dordrecht. In de gemeente van Dordrecht was hij ook ouderling en tevens scriba van de classis waartoe deze gemeente behoorde. Na een opleiding van 4 jaar werd kandidaat van der Heiden in 1983 beroepbaar gesteld en leidde de weg naar Woerden, waar hij op 14 september van dat jaar tot predikant werd bevestigd door zijn broer, ds. A.B. van der Heiden. Deze zou hem ook bevestigen in alle gemeenten die na Woerden nog zouden volgen. Na een periode van 5 jaar in deze gemeente leidde de weg naar Hardinxveld-Giessendam (1988). Deze gemeente diende hij 7 jaar. Op 17 januari 1996 werd ds. van der Heiden tot predikant te Kampen bevestigd. Een periode van 4 jaar was hij verbonden aan de gemeente aan de IJssel. Op 19 januari 2000 werd hij predikant te Alblasserdam en diende deze gemeente 17 jaar, totdat hij op 1 februari 2017 met emeritaat ging. Eind 2019 werd een ernstige ziekte in de hersenen bij hem vastgesteld. Na een ziekbed van circa 5 maanden mocht hij vanmorgen ingaan in de vreugde zijn ' s Heeren, waar niemand meer zal zeggen: " ik ben ziek" . |
| ![]() |
" In memoriam" van ds. A.B. van der Heiden
Op 1 mei is overleden mijn geliefde broer Bastiaan van der Heiden. Na een ernstige ziekte is hij op Gods tijd overgegaan van de strijdende Kerk naar de triomferende Kerk.
Onze schoonzus Laura moet hem, na een huwelijk van 53 jaar, nu missen. Dat geeft veel verdriet. De kinderen en kleinkinderen moeten hun meelevende en biddende vader en opa missen. De Heere geve hen Zijn vertroosting en ondersteuning.
Op 12 juni 1945 werd Bastiaan van der Heiden geboren in Rotterdam en groeide daar op. Al bewaarde de Heere hem voor uitbrekende zonden, hij stond net als McCheyne vó ó r zijn bekering, blind en van verre, in zichzelf zo rijk. Het behaagde de Heere hem stil te zetten met de woorden uit Danië l 5: &lsquo Maar die God, in Wiens hand uw adem is, en bij Wien al uw paden zijn, hebt gij niet verheerlijkt&rsquo . De Heere opende zijn ogen voor zijn verloren staat. Toen hij dacht te moeten ondergaan in de eeuwige nacht bracht de Heere hem in zijn nood bij de woorden van Christus: &lsquo Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven&rsquo .
Zijn loopbaan begon hij als leerkracht, later directeur, op de reformatorische basisschool in Waardenburg. In 1975 werd hij benoemd tot directeur van het schippersinternaat in Dordrecht. De tijd in Dordrecht is voor hem een gezegende tijd geweest. De Heere gebruikte de prediking om hem te leren dat buiten Jezus alles de dood is. De Zaligmaker is hem toen noodzakelijk en dierbaar geworden. Hij mocht een blik slaan op de lijdende en stervende Middelaar. Van dat ogenblik sprak hij: &lsquo Nooit zal ik het wonder kunnen bevatten dat Hij voor mij gekropen heeft in de hof van Gethsé mané en vanwege mijn zonden gehangen werd aan het kruis&rsquo .
De Heere riep hem tot het ambt van dienaar des Woords. In 1979 werd hij toegelaten tot de Theologische School in Rotterdam. Op 14 september 1983 mocht ik mijn broer bevestigen als herder en leraar van de gemeente van Woerden. Daarna diende hij de gemeenten van Hardinxveld-Giessendam, Kampen en Alblasserdam. In het geheel van onze gemeenten mocht hij een gewaardeerde plaats innemen. Het werk voor de verschillende deputaatschappen en het lesgeven aan de CGO hadden de liefde van zijn hart.
Op 8 december 2019 preekte hij in Terwolde over Zondag 10. Het zou zijn laatste dienst worden. Diezelfde week kwam de boodschap dat er agressieve tumoren in zijn hoofd ontdekt waren. Na veel strijd en aanvechting mocht hij rust vinden in wat hij enkele dagen daarvoor gepreekt had, dat alle dingen, ook gezondheid en ziekte, ons niet bij geval maar van Gods vaderlijke hand toekomen. In een brief aan de gemeente van Alblasserdam schreef hij: &lsquo De Heere heeft na veel strijd tegen mij op een lieflijke wijze gezegd dat mijn werk klaar is. De Meester bepaalt hoe lang de knecht mag werken. En het was zoals Hij tegen Mozes zei: spreek mij niet meer over deze zaak. Dat ging met zo veel majesteit gepaard, maar ook op zo&rsquo n lieflijke wijze, dat ik moest zwijgen&rsquo .
Daarna is zijn aardse huis steen voor steen afgebroken. Zijn ziekbed is vaak een preekstoel geweest waarop hij goed van de Heere mocht spreken. Vele malen mochten we tijdens onze bezoeken in verwondering met elkaar spreken over de vrije gunst, die eeuwig Hem bewoog. De Heere gaf een zalig uitzicht op de eeuwige erfenis die hem wachtte. Dan zei hij in diepe verwondering: &lsquo Die erfenis dat is de Heere Zelf en dat is Christus&rsquo . Dat gaf in zijn ziel een sterk verlangen om naar Huis te gaan.
Onze broer heeft zijn wens verkregen en mocht ingaan in de zalige rust die er overblijft voor het volk van God. Zo staren we onze geliefde broer na. De Heere stelle de nagedachtenis van deze dienaar Gods tot eeuwige zegen.
&lsquo En ik hoorde een stem uit den hemel, die tot mij zeide: Schrijf, zalig zijn de doden die in den Heere sterven, van nu aan. Ja, zegt de Geest, opdat zij rusten mogen van hun arbeid, en hun werken volgen met hen&rsquo .
Bron: De Saambinder (7 mei a.s.)
ds. A.B. van der Heiden, Doetinchem