Gemeente Opperdoes bestaat 100 jaar

Home Nieuwsberichten Gemeente Opperdoes bestaat 100 jaar

Rond het jaar 1907 ontstond binnen de Christelijke Gereformeerde Kerk van Opperdoes een groepering die ontevreden was over de prediking binnen die gemeente. Zij schaarde zich rondom vader en zoon Jacob en Cornelis Zwaan, die vanwege een leergeschil deze kerk verlieten en preken gingen lezen. Na verloop van tijd sloten meer mensen zich bij hen aan. Vanaf het allereerste begin werden er godsdienstoefeningen gehouden in de woning van Cornelis, de latere voorganger, en van vader Zwaan.

Aanvankelijk onderhield het gezelschap contact met de vrije Kruisgemeente van Enkhuizen (van 1909 tot 1922 bediend door ds. G.J. Wolbers), maar later begon Cornelis Zwaan te oefenen. Wanneer er eens een predikant voorging, werd de dienst gehouden in het vrij kleine dwars-woongedeelte aan het achtereinde van de koegang in de boerderij schuin tegenover het huis van Zwaan.

Er functioneerde een kerkenraad, al is niet duidelijk of en wanneer die is bevestigd. Op 21 augustus 1924 kwam de groep echter bijeen ‘...om eens met elkander te spreken om een gemeente te stichten...’ Dit geschiedde omdat ‘...de begeerte der ziele weleens was om met elkaar het Heilig Avondmaal eens met elkander te houden, daar wij al bijna 9 jaar met elkander zamen zijn geweest... en er ook kinderen zijn, die nog niet gedoopt zijn.’

Men was het er unaniem over eens. De ‘gemeente’ en de ‘kerkenraad’ deden elkaar tijdens deze vergadering vier beloften. Ook werd het ondertekeningsformulier voor ambtsdragers ondertekend. Verder werd een ‘Huishoudelijk reglement’ vastgesteld en namens de kerkenraad ondertekend.

De ambtsdragers werden op 17 december 1924 in aanwezigheid van ds. J. van Vliet uit Dordrecht herkozen. Ds. Van Vliet bevestigde hen op 21 januari 1925 en daarmee was de gemeente geïnstitueerd. Ze noemde zich Oud Gereformeerde Gemeente onder ’t Kruis. Die naam werd vermeld in de brief van 27 januari waarin het bestaan van de gemeente aan koningin Wilhelmina werd gemeld.

Maandag 23 februari 1925 was een afvaardiging van de kerkenraad in Utrecht aanwezig op een vergadering van de Federatie van Oud Gereformeerde Gemeenten, die op 14 juni 1922 was gevormd. De gemeente kreeg een plaats in dit kerkverband. C. Zwaan was ouderling. Hij is dat tot zijn overlijden gebleven.

In 1926 doet voorganger Zwaan een beroep op de classis om als oefenaar in het kerkverband te worden opgenomen. Zijn preekvoorstel over Éfeze 2:8-9 wordt echter als ‘onvoldoende’ beoordeeld. In 1929 wordt hij opnieuw onderzocht en krijgt hij toestemming om voor alle gemeenten in de classis een proefpreek te houden. Het oordeel daarover is echter ongunstig, waarna hem wordt opgedragen het oefenen in de gemeente van Opperdoes te beëindigen en weer ‘gewoon’ te gaan preeklezen. Omdat de kerkenraad zich daar niet bij neerlegt en Zwaan gewoon laat voorgaan, besluit de classis op 27 februari 1930 ‘tot afsnijding van de gemeente Opperdoes’. Verschillende jaren stelt men zich dan op als vrije gemeente. In de prediking wordt men onder meer gediend door ds. B. Toes uit IJsselmonde.

Inmiddels komt men sinds 1929 in een kerkgebouw bijeen. Bij de bouw ervan ondervindt men veel tegenwerking van de burgerlijke gemeente. Zo mag er alleen maar een kerk worden gebouwd achter twee woningen aan de Kerkebuurt. Bovendien moeten de ramen aan de zuidkant van het gebouw zodanig worden geconstrueerd, dat ze niet geopend kunnen worden. Dit, om geluidshinder voor de nabijgelegen Nederlandse Hervormde Kerk te voorkomen. De benodigde bouwgrond wordt door twee (naast elkaar wonende) leden van de gemeente beschikbaar gesteld. Omdat ze beiden een naam voor de kerk hebben bedacht en de kerkenraad geen van beiden wil teleurstellen, worden beide namen op de voorgevel aangebracht, namelijk ‘Eben-Haëzer’ en ‘Rehoboth’. Het aantal zitplaatsen in de kerk bedraagt 70. Na het droogvallen van de Wieringermeerpolder en de bouw van Slootdorp, Middenmeer en Wieringerwerf groeit de gemeente in de loop van de jaren dertig uit tot een streekgemeente.

Foto: J.P. Sinke, KrabbendijkeTijdens de Tweede Wereldoorlog kunnen de kerkdiensten vrijwel ongestoord doorgang vinden. In 1942 besluiten de leden van Opperdoes om aansluiting te zoeken bij de Gereformeerde Gemeenten. Na enkele jaren als afdeling van Andijk te hebben gefungeerd, is op 29 januari 1946 een feit. De kerkelijke verwikkelingen van 1953 gaan de gemeente vrijwel ongemerkt voorbij.

In 1980 wordt het interieur van de kerk vernieuwd. Tijdens de uitvoering van de werkzaamheden worden de kerkdiensten in de Nederlandse Hervormde Kerk gehouden. In 1984 wordt de laatste woning die voor de kerk staat afgebroken.

In verband met de groei van de gemeente valt in 1992 het besluit om de kerkzaal te vergroten en het kerkgebouw uit te breiden met een vergaderzaal. Dankzij veel zelfwerkzaamheid van de leden blijven de kosten hiervan binnen de perken. Tijdens de verbouwing wordt er voor de kerkdiensten opnieuw uitgeweken naar de Nederlandse Hervormde Kerk. Op 16 juni 1993 neemt ds. J. Baaijens het vergrote kerkgebouw officieel in gebruik. Het aantal zitplaatsen in de kerk bedraagt 104.

Foto: J.P. Sinke, KrabbendijkeNa vele jaren een harmonium te hebben gebruikt, wordt het kerkgebouw in 1996 van een pijporgel voorzien, afkomstig uit het kerkgebouw van de (opgeheven) Gereformeerde Gemeente te Zuid-Beijerland. Omdat de kerkenraad van Nieuw-Beijerland niets voor het orgel wil hebben, blijven de kosten tot een minimum beperkt en hoeft de gemeente van Opperdoes slechts voor de overplaatsing te betalen.

Dit artikel kwam tot stand door medewerking van J.P. Sinke en L. Vogelaar

Terug naar overzicht nieuws